VVAZ
Intermedis

Klik hier voor
onze diensten

Intermedis A & A

Nabestaande ASR-medewerker vangt bot bij Kifid om ontbrekende ORV

Geplaatst op: 05-08-2019, 15:13:13

Een werknemer van ASR sloot in 2001 een beleggingsverzekering bij zijn eigen werkgever. Een polis gekoppeld aan zijn hypotheek. Elf jaar later moet de afdeling Personeelsverzekeringen een hersteladviesgesprek aangaan. Na dat gesprek wordt de overlijdensrisicodekking geschrapt uit de polis. Als de man in 2018 overlijdt, stelt zijn vrouw dat hij nooit van het schrappen van de ORV op de hoogte is gesteld.

De oorspronkelijke beleggingsverzekering zou minstens 90.756 euro uitkeren bij overlijden voor de einddatum in 2023, of 100 procent van de waarde van de polis als dat meer was. De premie bedroeg 94,59 per maand. Na het hersteladvies tekenen de man en zijn partner voor een wijziging waarin de einddatum wordt vervroegd naar 2019 en er bij voortijdig overlijden alleen de waarde van de verzekering wordt uitgekeerd. De premie daalt daardoor tot 75 euro per maand.

Portefeuilleoverdracht

In 2014 wordt de portefeuille van de afdeling Personeelsverzekeringen overgedragen aan een financieel adviseur in Zeist. Die heeft in 2016 nog tweemaal contact met de klant, in gespreksnotities noteert hij dat er geen ORV op de beleggingsverzekering zit en de polis dus niet gesplitst kan worden. Als de klant twee jaar later overlijdt, keert ASR een bedrag van 33.034 euro uit aan zijn vrouw.

Geen offerte gehad

Bij Kifid stelde de weduwe dat noch ASR, noch de adviseur op het ontbreken van de ORV hebben gewezen. Evenmin zou er ooit een aanvraagformulier of offerte voor een ORV zijn verstrekt. Het feit dat haar man zijn weg wist te vinden binnen de verzekeraar was volgens haar niet relevant. Als  medewerker in het schadedomein had hij geen verstand van levensverzekering. De gesprekken met de adviseur gingen volgens haar over de hypotheek en niet over het afsluiten van een losse ORV.

Grondig bestudeerd

Ze eiste daarom voor de geschillencommissie het verschil tussen de uitkering en de oorspronkelijk aanwezige overlijdensdekking: een bedrag van 57.722 euro. Kifid wees de vordering af. Op het wijzigingsformulier uit 2012 stond de wijziging rond overlijdensdekking volgens de commissie uitdrukkelijk weergegeven. Het feit dat de man daarna nog gemaild heeft over ten onrechte in rekening gebrachte kosten, duidt er volgens Kifid op dat het formulier grondig bestudeerd is.

Weloverwogen beslissing

Ook op het nieuwe polisblad stond de wijziging vermeld. Kifid volgde ook de adviseur die verklaarde wel degelijk over het ontbreken van een ORV te hebben gesproken. “De Commissie acht het aannemelijk geworden dat de man van Consument destijds bovendien op meerdere momenten de weloverwogen beslissing heeft genomen om af te zien van een losse overlijdensrisicoverzekering.” De uitspraak is bindend.

Bron: bijdrage van 2 augustus 2019 van Bart van de Laak op www.amweb.nl                                           

Vorige pagina